‘Te weinig mensen in de deelraden is een zeer onwenselijke situatie’

In bijna alle deelraden van Windesheim blijft een deel van de zetels leeg. De raden kunnen onvoldoende medewerkers en studenten vinden die het werk willen doen? Een zeer onwenselijke situatie, vindt Claudia Tempels.

De interesse om mee te praten in de deelraden van Windesheim blijkt steeds verder te dalen. Had je dat verwacht?

‘Ik schrik van het gegeven dat de deelraden dit jaar niet op volledige sterkte kunnen komen; te weinig kandidaten voor het aantal vrijgekomen vacatures. Ik heb de afgelopen maanden gezien hoe lastig het voor een incomplete deelraad is om hun werk goed te doen. Minder mensen betekent minder tijd voor het werk en alles komt bij een kleine groep mensen te liggen. Een zeer onwenselijke situatie. Hoe is dit ontstaan?

Ik weet dat deelraden hun eigen wervingsactiviteiten hebben gedaan, naast de wervingsactiviteiten die we centraal hebben uitgezet voor de verkiezingen. Ik had gehoopt dat de live ontmoetingen na Corona meer effect konden sorteren.
Mijn neiging is om het probleem aan de nasleep van Corona te wijten, omdat ik hoor dat zowel studenten als medewerkers nog op zoek zijn naar een nieuw normaal en nog steeds veel online doen. Ik kan me voorstellen dat dit de sociale en academische binding vermindert en ook de verbondenheid met medezeggenschap?

Maar het is ook waar dat de animo voor de medezeggenschap vóór Corona al laag was. Dus er spelen meer oorzaken een rol. Daarom hebben we vorig jaar al aangegeven te willen onderzoeken hoe we medezeggenschap kunnen versterken.

Wat kunnen jullie doen om het tij te keren?

We zijn dit jaar gestart met een onderzoek naar de faciliteringswensen van de oc’s. Want net als de deelraden raken ook de oc’s van Windesheim niet gevuld. En dat is onwenselijk. Dit jaar is bijvoorbeeld een belangrijk instemmingsvraagstuk bij de oc’s komen te liggen, namelijk; gaat onze opleiding met een doorstroomnorm werken of blijven we een bsa hanteren? Zulke vraagstukken vergen een goede afweging en dat kost tijd.  

Windesheim is niet de enige hogeschool die kampt met faciliteringsproblemen. Het ministerie van OCW geeft daarom een financiële impuls aan hogescholen ter versterking van de medezeggenschap. ‘Hoofddoel van deze investering is het verder versterken van de medezeggenschap binnen instellingen, in het bijzonder de opleidingscommissies, met het oog op de kwaliteitsborging van het onderwijs.’

Het medezeggenschapswerk vereist veel tijd en expertise en we hebben van beide meer nodig om dit werk goed te kunnen uitoefenen. We zien dat ook dit jaar de werkdruk onder personeel hoog is. Ik kan me voorstellen dat dat de keuze om zich kandidaat te stellen voor het medezeggenschapswerk negatief beïnvloedt.

Zijn de medezeggenschapsorganen op Windesheim voldoende zichtbaar?

Een ander belangrijk aandachtspunt is het verbeteren van de communicatie over medezeggenschap. Ik vind zelf dat we daar behoorlijke stappen in hebben gezet.
Ik onderschrijf het belang van transparantie van de medezeggenschap. We moeten in alle lagen van de hogeschool openheid van zaken geven en inzicht geven in de discussies die plaatsvinden tussen medezeggenschapsorganen en management.
Verder hebben we gemerkt dat de ambtelijk secretarissen te veel werk hebben voor het aantal uren dat ze krijgen. Komend jaar willen we met het bestuurscollege en de deelraden in gesprek over meer uren ondersteuning vanuit het ambtelijk secretariaat.

De medezeggenschap heeft een probleem met zichtbaarheid in het algemeen en ik denk dat met name veel studenten nog niet goed weten wat medezeggenschap inhoudt. Daar willen we met het geld van het ministerie iets aan doen.

Moeten de raden niet gewoon zorgen voor minstens twee kandidaten per vrijkomende zetel, zodat er altijd verkiezingen gehouden worden?

Het verkiezingsproces kan ook beter. Verkiezingen organiseren is een vak apart en niet iets om er even bij te doen (nu gebeurt dat door een telkens wisselende groep mensen). En dan hebben we het nog niet eens over de wervingsactiviteiten voor verkiezingskandidaten. Daarom gaan we onderzoeken of we een vaste groep collega’s kunnen samenstellen die verantwoordelijk zijn voor de jaarlijkse verkiezingen.

Ik vond het fijn om te merken dat iedere domeindirecteur een mail heeft gestuurd naar de eigen medewerkers om het belang van goede medezeggenschap onder de aandacht te brengen. Ook het bestuur heeft belang bij kwaliteitsvolle medezeggenschap, omdat dit effect heeft op de borging van de onderwijskwaliteit. Dat maakt dat we samen verantwoordelijk zijn voor goed gevulde raden in alle lagen van de hogeschool. We zullen dan ook samen moeten blijven zoeken naar de oorzaken van de lage aanmeldingen.

Doet de medezeggenschap op Windesheim er wel echt toe, of lopen de raden te veel aan de hand van de directeuren?

Mijn angst is soms dat collega’s zich niet melden als lid van de medezeggenschap, omdat ze denken geen effect te kunnen sorteren. Ik snap dat goed als je ziet welke veranderingen er soms van bovenaf worden opgelegd. Maar ik kan uit eigen ervaring melden dat je wél invloed kunt hebben.
Het is ook wettelijk vastgelegd dat de medezeggenschap instemmingsrecht heeft op belangrijke dossiers zoals de OER.

Henk Hagoort heeft bij zijn vertrek gezegd dat de medezeggenschap in het hoger onderwijs heel veel invloed heeft en dat dat voor hem soms best lastig was. Dan concludeer ik dat we onze rol goed hebben gepakt.

Claudia Tempels (rechts op de foto) tijdens een overleg van de cmr

Claudia Tempels is voorzitter van de centrale medezeggenschapsraad

Lees ook het voorgaande WIN artikel: ‘Weer meer lege zetels bij deelraden

Er zijn 1 reacties op «‘Te weinig mensen in de deelraden is een zeer onwenselijke situatie’»

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *