Ze mocht nog ruim twee jaar, maar een bestuurder moet niet te lang blijven zitten, vindt Inge Grimm, tot vorige maand voorzitter van het College van Bestuur. Het hbo en dit landsdeel zitten inmiddels diep in haar. Ze voelt zich er thuis. Wat ze geleerd heeft, neemt ze mee naar Saxion.
“Mensen kunnen ook te lang blijven, heb ik in het verleden wel gezien. Niet op Windesheim, maar elders. En acht jaar in het College van Bestuur vind ik een mooie periode. Windesheim voelt zeker als thuis, als familie. Dus afscheid nemen doet me zeer, ja dat klopt. Maar ik denk dat het een wijs besluit is.”
Dus je was op zoek naar een andere functie?
“Nee, niet echt. Mensen attendeerden mij op de vacature. Ze vroegen zich af of het iets voor mij zou zijn. Eigenlijk was ik van plan om me pas na de zomer te gaan oriënteren.”
Is Saxion niet “more of the same”?
“Nee… ik vind het hbo boeiend! We doen ertoe, daarbij voel ik me thuis in dit deel van het land en het is een hele mooie bestuurlijke baan. Toen ik op Windesheim begon, mijn eerste echte bestuurlijke rol, had ik niet verwacht dat ik het zo interessant en boeiend zou vinden.”
Hoe kijk je terug op je komst hier?
‘Spannend! Je groeit niet vanuit intern door in een organisatie, maar ik kwam toen binnen op deze rol. Mijn zorg was hoe weet ik nu echt wat er speelt. De opleidings- en afdelingsbezoeken zijn daarom cruciaal en naast nuttig ook heel leuk. Daar doen we het voor, en ja, natuurlijk houdt de CMR, RvT en de buitenwereld ons scherp. Je weet nooit alles, dat realiseer ik me iedere dag.
Is dat de spanning die je nu weer zoekt?
“Nee, echt niet. Ik ben blij als ik ergens een half jaar zit en weet hoe de hazen lopen.”
Wat is dan de uitdaging?
“Je brengt nieuwe dingen mee, zaken waaraan ik hier heb gewerkt, zet ik daar in. Daarnaast zijn er natuurlijk zeker op het gebied van onderzoek al veel goede samenwerkingen, volop mee doorgaan – daar ga ik voor. Tuurlijk is Saxion ook een hogeschool, maar zeker op vele onderdelen anders. Het heeft een eigen cultuur, de structuur is anders. Het is zeker niet meer van hetzelfde.”
Je voorganger, Henk Hagoort, vertrok op een moment waarvan velen dachten: hij gaat te vroeg, zijn klus is nog niet af…
“Ja, toen dacht ik ook wel: wow! We zitten net in een spannende fase! Maar nu zijn we verder – al is er zeker nog veel te doen. En je kunt niet zeggen dat ik ertussenuit knijp; bij Saxion ontkom ik niet aan de bezuinigingen. Toen ik in 2017 hier binnenstapte, zaten we ook volop in de bezuinigingen en helaas nu anno 2025 wederom.
Maar is de klus af?
Nee. Wat is af? Zoiets gaat altijd door. En het hangt niet alleen van mij af. Het zijn roerige tijden, het is ruig daarbuiten, maar Windesheim staat er goed voor. Grote pluspunt is dat onze studenten zeer gewild zijn. Toen ik afstudeerde was je blij dat je een baantje had en minimumloon kreeg. Dat is nu wel anders. Ze stellen ook meer eisen – die verzuchting hoor ik wel in het werkveld. Maar dan zeg ik: we hebben ze zelf zo opgevoed.”
Kun je een voorbeeld noemen van wat je geleerd hebt?
“Dat Windesheim er in de regio’s echt toe doet. En de laatste tien jaar is dat nog eens versterkt, bijvoorbeeld door de regiodeals, en het extra budget voor praktijkgericht onderzoek. Juist Windesheim – onze studenten en onze docenten en onderzoekers – komen bij heel veel MKB-bedrijven die geen eigen Research & Development afdeling hebben. De nieuwe innovaties vertalen naar werkbare methoden, toepassingen – dat zijn wij ten voeten uit. Daar ben ik stiekem heel trots op. De beleidsmakers in Den Haag realiseren zich dat steeds meer, maar daar is nog missiewerk te verrichten door ons allen. Veel beleidsmakers hebben een ander onderwijspad gevolgd. Ze zijn van middelbaar onderwijs naar de universiteit gegaan en hebben daardoor minder binding met het hbo. Zij weten niet met hoeveel bedrijven en organisaties onze studenten en onze docenten en onderzoekers middels projecten, stages en afstudeeropdrachten structureel jaar op jaar samenwerken. Wij vinden dat heel gewoon. Wij als Windesheim, maar ook het hele hbo moet dit nog veel meer vertellen!”
Moeten de universiteiten en de hbo’s niet gewoon gelijkgesteld worden?
“Het is zeker zo dat de universiteiten de afgelopen jaren allerlei opleidingen zijn gestart waarvan ik denk: jongens, hoort dat niet op het hbo? Maar ik denk eigenlijk dat we deze discussie nu niet moeten voeren omdat ze afleidt van waar het werkelijk om gaat. We hebben andere dingen te doen. En dan denk ik aan de enorme krapte op de arbeidsmarkt bij de bedrijven en natuurlijk ook in de zorg, het onderwijs en nu ook defensie. Daarbij hebben een aantal studenten het niet gemakkelijk, vanuit de Coronatijd, het nog maar net afgeschafte leenstelsel en de vraag waar vind ik ooit woonruimte….laten we daar met z’n allen eerst aan werken…”

Het hbo moet zichzelf beter verkopen…
“Dat klopt. Studenten en medewerkers moeten trots zijn op Windesheim en dat ook uitdragen. We richten onze aandacht voortdurend op wat er beter kan en beter moet. En dat is ook belangrijk natuurlijk. Maar als je over de hele linie kijkt, doen we het prima. Mag ik het toch nog een keer noemen: tien jaar op rij de tweede plek in de Keuzegids, vele topopleidingen, zeven jaar op rij de beste hogeschool studeren met een functiebeperking en trajecten als Sterk aan het Werk. Plus ja, sorry ik wil het hier echt noemen, prachtige onderzoeksprojecten. Onze lectoren zitten op cruciale posities in het werkveld en natuurlijk een van de hoogtepunten in mijn tijd, de Deltapremie van Margie Topp en haar team! Naast al het andere mooie onderzoek en onze vele relaties met bedrijven zoals Perron038 en bij de Makersfabriek om maar eens iets te noemen. En dát moeten we uitdragen. Blijven uitleggen wat we allemaal doen in de regio, hoeveel initiatieven we wel niet nemen. Dat we ertoe doen.”
En wat de studenten betreft?
“Windesheim is sterk in het toekomst-proof maken van studenten. En dan bedoel ik niet alleen voor hun toekomstige werkgevers, maar ook voor zichzelf. Weerbaar zijn. Dat jezelf kunt redden of op moeilijke momenten durft om hulp te vragen. Dat is net zo belangrijk als de inhoudelijke aspecten. Die beide aspecten, daar is Windesheim sterk in.’ ‘Ik was hier nog maar twee maanden binnen toen het X gebouw ineens ontruimd moest worden, vanwege mogelijke bouwkundige risico’s. En dat was in no time geregeld. Zulke crises blijven je bij. We zijn hier gewend om lange gesprekken te voeren, veel te praten, en dat is goed. Maar als er echt druk op de ketel komt dan rollen we collectief de mouwen op. Of neem Corona, toen ineens alle studenten die in het buitenland zaten, moesten worden teruggehaald. We moesten ze allemaal zo snel mogelijk bellen, bereiken, overhalen om naar het vliegveld te gaan. Op zo’n moment is het: de hoofd- van de bijzaken scheiden, en gas geven. Dat zit echt in het DNA van Windesheim.”
Je hebt je vaak genoeg geërgerd aan het steeds weer ter discussie willen stellen van besluiten…
“Soms denk je: moet het écht zo lang duren? Zoiets kan het proces echt frustreren. Maar ik weet ook: een besluit, daar is tijd voor nodig. Woorden doen ertoe. Dus ik snap het wel wanneer mensen ineens gaan roepen: ja maar wacht even! Teams willen alles goed overdenken, het moet van jezelf worden, doorleven. Dat heb je met gedreven en soms eigenwijze professionals. Maar zoals ik al noemde, als het om de student, de medewerker of een bedrijf gaat, dan zie ik iedereen altijd enorm snel schakelen met grote betrokkenheid. Ik ben trots dat ik daar onderdeel van ben of ben geweest. Het is nog even wennen, dat ik straks geen Windesheimer meer ben.”
tekst: Marcel Hulspas
foto: Stefan Lucassen
Er zijn 1 reacties op «Inge Grimm vertrekt: ‘Doorpakken, dat zit in het DNA van Windesheim’»