Judith van der Stelt: ‘Verslagen schrijven vanuit motivatie?’

Studenten die verslagen schrijven vanuit motivatie en zelfvertrouwen? Jawel, dat kan!

Toen ik gistermiddag een kaart op de bus deed, waaiden een paar dichtregels van J.C. Bloem mijn gedachten binnen:

Wat is natuur nog in dit land,
een stukje bos ter grootte van een krant
een heuvel met wat villaatjes ertegen

Niet direct een opwekkende strofe, maar het deed me wel meteen aan mijn eigen vak denken. En terwijl ik monter doorstapte langs veel te veel steen en veel te veel auto’s dichtte ik (met wat minder talent dan Bloem):

Zeg, is de liefde voor de taal echt stuk
sinds die cijfers en de druk
een depri-vak met enkel lasten?

Als ik het voor zou leggen aan de studenten die ik begeleid, verwacht ik een volmondig ‘ja’ op deze vraag. Doodzonde vind ik dat, maar ook wel begrijpelijk. Als ik wel eens meelees met de instructies waar een verslag aan moet voldoen, voel ik mijn creativiteit ook onmiddellijk verdampen: hoe langer de eisenlijst waar een tekst aan moet voldoen, hoe groter de kramp voor het kiezen van de juiste vorm en toon.

Creatieve teksten

Daarom sprak het promotieonderzoek van Anouk Ten Peeze me ook zo aan, dat maandag 5 februari in NRC aan bod kwam. Zij onderzocht wat er gebeurt als je middelbare scholieren creatieve teksten leert schrijven.

Wat er -vrij vertaald- uit haar onderzoek naar voren kwam, is dat leerlingen zelfvertrouwen krijgen door het schrijven van creatieve teksten en dat daardoor ook hun motivatie voor het schrijven van zakelijke teksten groeit. De kwaliteit van de zakelijke teksten neemt ook toe door het plezier dat ze aan het schrijven van creatieve teksten beleven.

Zelfvertrouwen en motivatie, daar moeten we dus iets mee, aldus de onderzoekster. Dat ben ik van harte met haar eens, maar hoe vertalen we dat naar het hbo? Hoe kunnen we onze studenten meer zelfvertrouwen geven bij het schrijven van hun verslagen?

Criteria

Om te beginnen zouden we vanuit het SSC workshops creatief schrijven kunnen aanbieden. Via het schrijven van gedichten, raps, verhalen kunnen studenten ervaren hoe leuk taal kan zijn en hoe zich vanuit die vrije vorm mogelijkheden aandienen die je ook op andere momenten prima kunt gebruiken.
Een mooie tweede stap lijkt het me, als de formats voor verslagen eens goed onder de loep worden genomen. Kunnen de criteria die daarop vermeld staan worden teruggebracht tot 1 A4? Ik vermoed dat dat veel stress zal schelen, want ik zie nu net iets te vaak hoe sommige studenten pagina’s met instructies moeten doorbladeren, soms zelfs verspreid over meerdere documenten, om erachter te komen wat ze nu eigenlijk moeten doen.

Een mooie derde stap tenslotte, lijkt het me als we studenten net wat vaker hun eigen vorm laten kiezen voor het presenteren van hun leeruitkomsten. (Ah toe, droom nou even mee, daar komen vaak de mooiste dingen uit voort.)

Rust om te schrijven

Terwijl ik deze derde stap benoem, zie ik een van mijn studenten voor me. Een creatieve jongen die door zijn ADHD moeite heeft met het schrijven van lange verslagen, maar intussen wel heel goed weet wat de kern is van zijn onderzoek, hoe hij tot zijn data is gekomen, welke aanbevelingen hij kan doen op basis van de resultaten, en ga zo maar door. Een jongen, kortom, die klaar is voor de arbeidsmarkt, maar die de rust mist om te schrijven. 

‘Weet u wat ik heel jammer vind,’ zei hij onlangs, ‘dat ik mijn onderzoek niet mag presenteren door middel van een documentaire. Dat ligt me namelijk zoveel beter.’ Ik knikte en wist honderd procent zeker dat zijn motivatie er enorm door zou groeien.

Hij klapte zijn laptop dicht en deed zijn jas aan. ‘Waarom mag dat eigenlijk niet?’
Tsja, waarom eigenlijk niet?

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *