‘Noodsituatie niet tot norm maken’

Het mag niet gebeuren dat de afdelingen van gebouw X straks minder plek terugkrijgen dan vóór de sluiting, vindt docent Bert Sleijster.

De directie wil dat de afdelingen van X bij hun terugkeer na de renovatie minder oppervlakte toebedeeld krijgen dan voorheen. Maar het kan toch absoluut niet zo zijn dat Windesheim de noodsituatie rondom het X-gebouw en de aanpassingsbereidheid van alle betrokkenen tot de ‘norm’ voor straks maken?

Onlangs plaatste hogeschoolkrant win nog een terugblik op alle X-gebouw perikelen, onder de titel ‘X-files: een nachtmerrie voor de campus’. Daarin wordt uitgebreid beschreven hoe we samen (studenten, alle docenten en niet-docenten) op Windesheim met veel passen en meten en vooral met heel veel kunst- en vliegwerk en veel slikken en inschikken ons op de tijdelijk wel erg krappe Campus ‘staande’ houden.

“…Het is razend druk op studentenwerkplekken, in de kantines en op de parkeerplaats. Maar iedereen probeert zich zonder veel klagen aan te passen aan de bijzondere situatie…”

Hulde aan eenieder dus, zou ik zeggen!

Maar er is een andere zin iets verderop in dat artikel, die bij mij blijft haken en waar ik hier graag op wil reageren. Ik lees nl.: “Momenteel wordt de terug-verhuizing gepland. Nu gebleken is dat de campus eigenlijk met wat minder ruimte toe kan, krijgen de afdelingen van X straks wat minder plek toebedeeld dan voorheen. Op die manier kan het Honours College in 2019 ook een verdieping krijgen in gebouw X.”

Toen ik dit las, dacht ik: ho, stop! Zo simpel ligt het niet. Want zo gaan we de noodsituatie rondom het X-gebouw en de aanpassingsbereidheid van alle betrokkenen in  deze bijzondere situatie tot de ‘norm’ voor straks maken. En dat kan absoluut niet zo zijn!

Ik maak graag twee kanttekeningen die mijn grote bezwaar tegen deze wijze van concluderen verduidelijken:

Veel collega’s (en ikzelf reken me daar ook toe) werken nu – zodra het kan – thuis en niet op Windesheim en we ontvluchten zo de grotere, massa-werkruimtes. Thuiswerken is dan een second-best oplossing, waar werken – zoals voorheen ook in X – op je ‘eigen’ werkplek in rustige werkruimtes met ‘normale’ bezetting en je studenten en collega’s ‘bij de hand’ een veel plezieriger en werkbaarder situatie is.

Ten tweede: vraag studenten en collega’s eens naar de roosters (en begrijp me heel goed: niets ten nadele van roostermedewerkers, daar ik weet dat ze zich in alle bochten wringen om ‘alles er goed in te krijgen’!). Colleges tot 18.30 uur (soms na al vroeg te zijn begonnen die dag) zijn geen uitzondering en dat moet je niet willen voor een hbo-dagopleiding (behoudens m.i. heel uitzonderlijke situaties, zoals de recente noodzakelijke verbouw van gebouw X).

Ik maak gezien het bovenstaande ernstig bezwaar tegen het voornemen ‘de afdelingen van X straks wat minder plek toe te bedelen dan voorheen’ en kan niet anders dan dit te duiden als zeer onverstandig beleid. We moeten niet de ‘uitzonderlijke noodsituatie’ tot de nieuwe standaardsituatie gaan verklaren.

Het is mijn hoop dat de verantwoordelijken in deze op dit eerdere voornemen terugkomen.

Bert Sleijster is docent Algemene Economie en coördinator van de minor/cursus Fundraising Grantmaking & Sponsoring, verbonden aan de opleiding Communicatie

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *