Henk Hagoort wil scherpe discussies op Windesheim

‘Ik ben een dienaar  van professionals’

Bestuursvoorzitter Henk Hagoort (52) was acht jaar directeur van de Evangelische Omroep en op landelijk niveau actief in het CDA. Hij maakt er geen geheim van een gelovig mens te zijn, maar peinst er niet over de C weer aan de muren te timmeren. “Mijn geloof is voor mij betekenisvol. Christen zijn zit me diep in het bloed en we mogen trots zijn op de identiteit van Windesheim, maar dat moet je anders vertalen dan met een letter op een gevel. Het gesprek moet gaan over gemeenschappelijke waarden.”

“Het christendom heeft een specifieke geloofsovertuiging maar het is riskant om de waarden daarvan specifiek christelijk te noemen. Als christen loop je dan het risico dat je je waarden uniek noemt en terecht beticht wordt van arrogantie. Voor mij is de Bijbel mijn inspiratiebron, maar ik kan mijn waarden goed delen met iemand uit een andere traditie. Ik heb geen exclusieve waarden. Iedereen moet vrijmoedig over de waarden van Windesheim kunnen spreken.”

“In mijn Nieuwjaarsspeech heb ik iets gezegd over het leveren van een bijdrage aan een inclusieve, duurzame, diverse samenleving met waarden als gelijkheid, solidariteit en gerechtigheid. Er blijkt nog geen breed gedeelde opvatting over onze waarden te bestaan. Daarom ben ik benieuwd of de medewerkers en ik dezelfde waarden willen omarmen. Zo ja, dan kunnen we het begrip waardenvolle professional – zonder haakjes om de n – inhoudelijk beter laden. Dat is nodig, want je kunt niet waardevol voor het werkveld zijn zonder waarden. Waarden zijn geen slagroom op de taart, maar de gist in het brood.”

Je pleit ook voor een inclusieve Windesheimcultuur met als motto we share, we care en we dare.

“We care betekent oog hebben oog voor elkaar en betrokken zijn bij de samenleving. We share staat voor het delen van onze kennis en gericht zijn op samenwerking. We dare houdt voor mij in dat je durft te vernieuwen, het bestaande ter discussie stelt en nieuwsgierig bent naar hoe het beter kan. Ik hoop dat Windesheim de wereld een beetje beter wil maken, maar of onze eigen cultuur daarvoor al inclusief genoeg is, betwijfel ik. Helaas zit er in mijn kamer geen knop die ik op inclusief kan zetten.”

Sommigen moeten nog wennen aan jouw dare.

“Ik ga er als vanzelfsprekend vanuit dat mensen die het niet met me eens zijn de discussie opzoeken. Misschien ben ik daar naïef in, maar ik ben niet anders gewend. Daarom zeg ik tegen teams: schuw de discussie niet. Dat doe ik ook niet. Leg je niet te snel neer bij regels die je niet snapt. Zeg het hardop als je denkt: iemand roept stop, maar ik vind het onderwerp belangrijk. Hier hangt soms een sfeer van: ik ben het ergens niet mee eens, maar ik leg me maar neer bij wat ‘ze’ hebben besloten. Je moet de discussie over de inhoud altijd scherp blijven voeren.”

Henk Hagoort stamt uit een orthodox-christelijk, sterk maatschappelijk en politiek betrokken onderwijsgezin dat qua opvattingen “in het midden van de hervormde kerk zat. Bij ons hing geen lijstje met wat wel en niet mocht op zondag.” Als puber was Hagoort “een tijd rechtser dan mijn ouders.” Lachend: “Dat is helemaal goed gekomen.” Hagoort studeerde middeleeuwse geschiedenis, maar belandde na een onderwijscarrière in de omroepwereld. Hij was acht jaar bestuursvoorzitter van de Nederlandse Publieke Omroep (NPO). In september 2016 volgde Hagoort Albert Cornelissen op als collegevoorzitter.

Albert vond dat hbo-docenten geen onderscheid kunnen maken tussen kritiek op hun persoon en op hun werk.

“Ik vind kritiek krijgen ook vervelend, dus de irritatie daarover is niet gekoppeld aan een bepaalde beroepsgroep. Het gesprek met docenten moet niet starten met kritiek, maar met een discussie over je gedeelde visie op onderwijs. Dan kan het zijn dat iemand zegt: je vraagt iets van mij dat ik niet zie zitten. Toch begin ik het liefste met elkaar inspireren. Kritiek leveren kan altijd nog.”

Je maakt van je hart geen moordkuil. Je noemde het dreigen met boetes door de overheid een belediging voor docenten.

“Ik vind iets en dan uit ik dat. Ik heb veel ervaring met de politiek. Je moet af en toe terugschreeuwen. Ik maak me zorgen over de toenemende greep van de overheid op alles wat we doen. Bij de NPO heb ik heftige discussies met staatsecretaris Sander Dekker gevoerd over prestatieafspraken bij de omroep. Voor je het weet word je er door de politiek ingeluisd en moet je je eigen ellende organiseren. Daarom moet ook de onderwijssector steviger terugroepen.”

“De tendens bij de overheid is: wie betaalt, die bepaalt. Dekker zei letterlijk: het is mijn geld. Dat is niet zo. Ik kom uit de traditie waarin mensen met elkaar bepalen wat ze met gemeenschapsgeld doen en primair rekenschap afleggen tegenover voor wie ze hun werk doen. Een minister is een dienaar van het publieke belang en niet de baas van de BV Nederland. Ik ben als bestuursvoorzitter een dienaar van de professionals. Die kunnen heel goed zelfstandig werken. Ik moet Windesheim niet willen beheersen.”

 

Toch zul je af en toe moeten ingrijpen, zoals nu bij domein Bewegen & Educatie dat fors moet bezuinigen.

“Het domein is financieel niet gezond en er ligt geen vriendelijk plan op tafel. Ik verwacht dat de collega’s inzien dat een deel van de problematiek veroorzaakt wordt door de kosten van de kleine opleidingen en we dat probleem echt samen moeten oplossen. Maar de situatie bij B&E is deels ook veroorzaakt door ons eigen beleid, dat we nu moeten bijstellen. We steken er veel tijd in want ik begrijp best dat de mensen zich rot voelen omdat we als college en directie fouten hebben gemaakt. We hebben sorry gezegd, want we zijn tijdig gewaarschuwd en we hebben niet goed geluisterd.”

Het nieuwe instellingsplan is bijna klaar. Je trapt daarin op de rem als het gaat om de ontwikkeling van de Campus.

“Toen ik hier kwam, lag er een masterplan waarin staat dat Windesheim, inspelend op de ambities van Zwolle, in Hanzeland een verbinding wil maken met de stad. Het idee was dertig procent van de opleidingen te outsorcen. Dat was mij te kort door de bocht. We trekken geen stekkers uit onderdelen die al elders ondergebracht zijn, zoals HanZ en IPO, maar verder maken we pas op de plaats. Ik wil het eerst hebben over onze visie op onderwijs en daarna bezien welk soort huisvesting daarbij past.”

“Ons onderwijs wordt flexibeler en we voeren steeds meer projecten buiten de deur uit met het werkveld. Dat is prima. De Campus als bijenkorf, waar de ‘bijen’ in en uit vliegen, zal steeds opener worden, maar juist als je meer buiten bent, moet de thuisbasis op orde zijn. Docenten, onderzoekers en studenten moeten elkaar makkelijk kunnen vinden anders komt er van share weinig terecht. Kennis uitwisselen lukt niet goed als de een in Kampen zit en de ander in Nijverdal. We gaan dus niet meer opleidingen buiten de Campus huisvesten.”

“We hebben een maatschappelijke publieke opdracht en die luidt: zoveel mogelijk mensen die het talent daarvoor hebben, ook vanuit het mbo, hoger onderwijs bieden. Maar we zijn geen NCOI en ook geen bedrijfsopleiding voor de regio. We moeten ons bolwerk uit en om goed onderwijs te kunnen geven, moet je het werkveld en de regio betrekken bij de ontwikkeling van je curricula en je onderzoek. Netwerken is noodzakelijk, maar we doen meer dan medewerkers voor de regio opleiden.”

“Ik weet dat ook Leven Lang Leren steeds belangrijker wordt, maar juist als je veel thuis studeert, moet je een thuishonk hebben voor het communitygevoel en het persoonlijke contact, de share en care. Studenten vragen of ze hun eigen pad mogen maken. Dat vinden ze leuker dan een uitgestippeld pad volgen en het past bij hun persoonlijke ontwikkeling tot waardenvolle professional. Docenten zeggen op hun beurt: alles goed en wel, maar ze moeten wel aan de eisen van mijn vak voldoen. Duidelijk is dat we ons voor Leven Lang Leren anders moeten organiseren.”

Is daar een andere structuur dan die met domeinen en diensten voor nodig?

“Nee hoor. Er zijn twee niveaus betekenisvol: onze zestig opleidingen en Windesheim als geheel. Dat zijn onze ‘producten’. Natuurlijk heb je een effectieve organisatie nodig, maar waar het om gaat is hoe mensen met elkaar samenwerken. Je ziet andere hogescholen steeds opnieuw het wiel uitvinden als het om de structuur gaat. Die gaan dan twee jaar verbouwen om vervolgens te constateren dat het in de nieuwe structuur ook weer gaat over samenwerking.”

Je gaat vanaf september samenwerken met een nieuw collegelid. Heb je een wensenlijstje?

“Een vrouw zou goed zijn voor de diversiteit, maar ik stel het profiel niet op en ik ga niet door de benoemingsprocedure heenlopen. Maar ik zou blij zijn met een kritische sparringpartner en iemand die complementair is aan mij, dus meer verstand heeft van financiën, bedrijfsvoering en onderwijslogistiek. In het profiel zal het wel, net als bij mijn benoeming, gaan om een schaap met zeven poten.” Glimlachend: “Ik heb er drie en als mijn nieuwe collega er ook drie heeft, kunnen we als team in ieder geval lopen.“

HANS INVERNIZZI

 

Er zijn 1 reacties op «Henk Hagoort wil scherpe discussies op Windesheim»

  1. Ghassan Radha schreef:

    Als ik de moraal van dit verhaal goed begrijp dan zijn de waarden en normen iets wat ‘ons’ integrerend bindt en niet iets wat ons differentiërend ”downgrade” naar de ik(ken) en de jij(en)!

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *